Deze kleine coupé, gebouwd door de carrosseriefabriek Vignale in het midden van de jaren zestig, was gebaseerd op het chassis en de motor van de Fiat 1300 Berlina (sedan). Het was een goedkope manier om zich te onderscheiden van de menigte dankzij het ontwerp van Michelotti. Dit model had een motor ontwikkeld door Giannini. In de jaren zestig was Giannini (opgericht in 1963) het Romeinse alternatief voor Abarth. Beide gespecialiseerd in "tuning" van Fiat‘s.
De door wijzigingen aan de cilinderkop, de nokkenas, de carburateur, het luchtfilter, de uitlaat en eindoverbrenging is de 1300 S van Giannini technisch heel anders dan de Fiat 1300: krachtiger (67 pk in plaats van 60) en een topsnelheid van 150 km / h (vergeleken met 140 van het originele model).
De jaren vijftig waren moeilijke tijden voor de carrosseriebouwers die hun modellen nog met de hand bouwden. Velen, als Saoutchik in Frankrijk, werden gedwongen om te stoppen terwijl anderen overleefden door speciale ontwerpen of uit te breiden en de productie te mechaniseren. Maar bij Vignale veranderde weinig, langzaam ging hij zich toeleggen van enkele bestellingen naar grotere series. Met name de ontwerpen gebaseerd op de Fiat 600 en de versies van de Fiat Multipla zijn populair geweest.
Rond 1960 ging Giovanni Michelotti, die ook voor andere carrosseriebouwers werkte, zich langzaam concentreren op het ontwerpen van grotere projecten, terwijl Alfredo Vignale besloot uit te breiden en zich meer te richten op gemechaniseerde massa productie. Daarom werd in augustus 1961 de “carrozzeria” verhuisd naar een nieuwe pand in Grugliasco, net buiten Turijn. In de nieuwe fabriek in Grugliasco kwam de productie pas echt op gang. De laatste Lancia Appias, de Flavia de Maserati 3500 GTV en Sebring en natuurlijk de Fiats (die later zelfs geproduceerd werden onder de eigen naam: Vignale.
De daling van de economie in de late jaren zestig betekende het einde voor kleine carrosseriebouwers zoals Vignale. De relatief kleine schaal van de productie en erg arbeidsintensief, zelfs voor die tijd, maakte Vignale auto's te duur om te overleven. Alfredo Vignale gaf op en verkocht het bedrijf aan De Tomaso die de gebouwen gebruikte voor Ghia’s productie van de Pantera.
Deze bijzondere auto, de 5e geproduceerde, lijkt bijna perfect in elk opzicht. Het Nardi stuurwiel was standaard op deze auto's. Deze Vignale ziet er van binnen en buiten zeer netjes uit en de vorige eigenaar restaureerde de versnellingsbak, remmen en de carburateurs. De auto is voorzien van een kenteken uit de EU dus eenvoudig in Nederland of België te registreren.